In 2014 is in Delft en Woerden een pilot gestart met het integraal pgb (i-pgb). Na drie jaar is de pilot afgerond en zijn de resultaten bekend. De conclusie luidt dat de pilot I-PGB een complexe vernieuwing is. Er is veel gebeurd, er zijn dingen misgegaan – wat mag bij een experiment- en er is veel geleerd. De belangrijkste punten op een rij:
Verantwoordelijkheden binnen de gemeente moeten goed belegd worden
Betrokken ambtenaren binnen de gemeente moeten de juiste kennis, competenties en (sociale) vaardigheden hebben om het i-pgb uit te voeren

Ondersteun i-pgb-houders zowel bij het maken van een persoonlijk plan, bijvoorbeeld met behulp van onafhankelijk cliëntondersteuners, als bij het opstellen van het ondersteuningsplan met de consulent van de gemeente
Wettelijke randvoorwaarden moeten de uitvoering door gemeenten mogelijk maken
Goede samenwerking tussen gemeenten, ministeries, UWV, samenwerkingsverbanden, cliëntvertegenwoordigers en zorgkantoren is noodzakelijk
Lees het hele onderzoeksverslag TNO-rapport Lerende evaluatie integraal PGB [pdf]
Integraal pgb: één budget, één regeling en één loket

Dit is het idee achter het integraal pgb (i-pgb): mensen die ondersteuning nodig hebben op verschillende levensterreinen, kunnen die krijgen met één flexibel budget voor bijvoorbeeld jeugdhulp of zorg thuis, ondersteuning op school, op het werk, bij het vinden van werk of het regelen van vervoer. Niet het systeem staat centraal, maar de inwoner en zijn hulpvraag.
Pilot i-pgb Delft en Woerden

Mede onder aanvoering van Per Saldo, is eind 2014 de pilot i-pgb in Delft en Woerden begonnen. Het doel van de pilot was een betere aansluiting van verschillende soorten zorg, een beperking van de administratieve lasten en een onnodige papierwinkel. De pilot in Delft richtte zich op mensen met autisme, in Woerden ging het om een bredere groep mensen die ondersteuning nodig heeft.
De uitvoering bleek niet gemakkelijk te zijn voor de deelnemende gemeenten. Niet alleen moesten systemen en processen nog volop vorm krijgen tijdens de pilot, ook bleken de kennis en de vaardigheden bij de gemeenten onvoldoende. Deelnemers hebben hierdoor veel geduld en doorzettingsvermogen moeten opbrengen. In de loop van de pilot is dit verbeterd.
Ervaringen deelnemers pilot

Per Saldo heeft tijdens de pilot een aantal deelnemers ondersteund. Zij gaven aan dat door het i-pgb de zorg beter aansloot bij de echte hulpvraag. Zo heeft één van de deelnemers bijvoorbeeld met het i-pgb kunnen zorgen dat thuis en op school dezelfde begeleider kon worden ingezet. Dit zorgde voor rust en vertrouwen bij de deelnemer, maar ook konden hierdoor de mantelzorgers de zorg beter dragen. Helaas hebben de deelnemers geen daling van de administratieve lasten ervaren vergeleken met een ’gewoon’ pgb. Een oorzaak hiervoor is dat de praktische uitvoering van het integraal pgb pas tijdens de pilot vorm kreeg.
Het (integraal) gezinsgebonden budget

Terwijl de pilot liep is er ook een nieuwe vorm van financiering ontstaan, het gezinsgebonden budget (ggb). Bij een ggb maken meerdere personen binnen een gezin (volwassenen en/of kinderen) gebruik van een budget. Per individu wordt de zorgvraag vastgesteld. Er wordt gekeken waar het geld efficiënt kan worden besteed door de inzet van het budget niet aan één persoon, maar aan het gezin te koppelen. Het budget komt van één verstrekker en er wordt maar naar één levensterrein gekeken. Vervolgens werd binnen de pilot ook het integraal gezinsgebonden budget mogelijk (i-ggb). Ook hier maken meerdere personen binnen één gezin gebruik van een budget, maar is het geld toegekend voor de totale hulpvraag vanuit alle levensterreinen, en maakt het niet uit of het gaat om ondersteuning uit de Jeugdwet, Wmo of Wlz.